Dag 10 van onze reis langs de Zijderoute, Bukhara 29 mei 2015
Mausoleum van de Samaniden
Weer een hele dag die we kunnen besteden aan deze stad. We zijn geen van beiden helemaal fit trouwens. De reizigersdiarree spaart bijna niemand, zo horen we wel, en ook wij ontkomen er niet aan. Nu ben ik er wel aan gewend, op bijna elke reis is het wel raak bij mij, maar Riet heeft er meestal niet zo’n last van. Maar we beginnen de dag nog fris en vol goede moed. Met de bus rijden we naar de andere kant van de stad en stappen daar uit bij het Mausoleum van de Samaniden. Met de Kalyan minaret is dit het enige gebouw van vóór Dzjengis Khan. Het is maar een bescheiden gebouw van 10 bij 10 m en 14 m hoog. Het ligt merkwaardig genoeg in een pretpark. Dat is er gewoon omheen neergezet. Gelukkig heeft men wel enige afstand bewaard en staat het reuzenrad niet pal naast het monument.
mausoleum in pretpark...
Het mausoleum dateert uit de 9e tot 10e eeuw. Op grond van opgravingen weet men dat hier voor de islam een zoroastrische vuurtempel heeft gestaan, een zonnetempel. Op de resten daarvan is dit gebouw neergezet. Het bouwwerk is zo goed behouden gebleven doordat het onder het woestijnzand heeft gezeten. Dzjengis Khan heeft het dus waarschijnlijk over het hoofd gezien. Gelukkig maar. Het gebouwtje is namelijk een lust voor het oog. Het straalt een rust en evenwicht uit zoals ik dat bij weinig gebouwen ervaar. Het is overigens pas begin vorige eeuw opgegraven.
Mausoleum van de Samaniden
Mausoleum van de Samaniden, details. Beroemd om zijn decoratie zonder kleurgebruik, met 'slechts' de patronen van de metselstenen. Deze techniek levert een bijzonder levendige aanblik op.
het interieur, 't plafond van baksteen, een kunstwerk op zich
…een van de grootste scheppingen van Islamitische bouwkunst…
Nu nog wordt hier het graf van Ismael Ibn Ahmad (892-907) vereerd. Hij zou vermoord zijn omdat hij het Arabisch in plaats van het Perzisch tot zijn ambtstaal zou hebben gemaakt. Ook toen al rivaliteit tussen Arabisch en Perzisch dus. De legende vertelt dat na zijn dood en bijzetting in de tombe mensen briefjes met vragen onder zijn tombe stopten. De volgende morgen lag er dan een briefje met het antwoord onder de tombe. Kijk, dat is nog eens efficiënte communicatie.
Het is een van de oudste grafmonumenten in de Oriënt. Het bouwwerk is o.a. bijzonder omdat de gebakken en niet geglazuurde stenen niet alleen als bouwmateriaal maar ook tegelijk als versiering gebruikt zijn. Er zijn verrassende patronen mee gemetseld, zowel in de wanden als ook in de koepel. Voor die patronen zou voor het eerst gebruik gemaakt zijn van de rekenkundige en geometrische inzichten van Avicenna en zijn tijdgenoten.
Hoewel van één kleur, terracotta, komt het gebouw toch heel levendig over op de toeschouwer. De patronen in de koepel zijn vooral in het interieur goed te zien. Ook hier veel variatie, alleen maar door de patronen in de stenen. Naar boven toe verandert het vierkant van het grondvlak in een achtkant en even hoger in een zestienhoek. Daarop rust de koepel. Die koepel is zeker voor die tijd een architectonisch hoogstandje. Mijn kunstreisgids ‘Zentralasien ‘ van Dumont is erg enthousiast: “het geldt als een van de grootste scheppingen van Islamitische bouwkunst; het stelde maatstaven die in latere eeuwen niet zonder gevolgen konden blijven.”
Bron van Job, Chashma Ayub mausoleum
Na ons bezoek lopen we door een lekker beschaduwd park naar de Bron van Job, Chashma Ayub mausoleum. Het gebouw dateert volgens de plaat op de muur uit de 12e tot 16e eeuw. In de eeuwen daartussen is er telkens aan ge- en verbouwd. Nu is er een kegelvormige koepel en enkele kleine koepeltjes. Op een hoek staat een torentje. Binnen is een tentoonstelling over waterbeheer in dit land, maar die stelt niet veel voor. Er staat een model van een irrigatieconstructie die absoluut niet kan werken zoals het in dit model getoond wordt. Maar goed, er is water en wel uit de bron onder dit bouwsel. Als pelgrim kun je het drinken. Allemaal uit dezelfde beker, dat dan weer wel. Hopen maar dat de geneeskracht sterker is dan het besmettingsgevaar. Ik neem liever nog een slokje mineraalwater uit mijn fles. Er staat niets van in de Bijbel, maar volgens de legende zou Job met een staf op de rots geslagen hebben om het water in deze bron te voorschijn te brengen. Volgens mij was dat meer een kunstje dat aan Mozes wordt toegeschreven, maar dat doet er niet toe. En dat Job hier ter plaatse geweest is, lijkt mij nogal twijfelachtig. Maar ach, ’t zijn mooie verhalen.
water uit de bron
Oezbeekse vrouwen voor de 'Bron van Job'
straattafereel Bukhara
winkelinterieur (bakker en levensmiddelen)
broodverkoop
straatbazaar en re: balen katoen voor een winkel? bedrijf?
Moskee Bala Haus
Vervolgens is het een eindje lopen door de hittte en de drukke stad naar het volgende bezoekpunt. We passeren een openlucht markt, een parkeerterrein en een paar straten en dan komen we bij het Registan, het grote plein voor de Ark, de stad in de stad, de vesting, de regeringszetel en het paleis van de heersers van Buchara. Maar eerst bekijken we de moskee Bala Haus, tegenover het Registan. Dat moet nog even snel want het is vrijdag, op die dag is er om 12 uur dienst in deze vrijdagmoskee en het is kwart voor twaalf. Dus snel de schoenen uit en naar binnen. Straks kijken we wel verder naar de mooie buitenkant. Tegenwoordig is deze moskee dus weer volop in gebruik, vijf keer per dag. De meeste moskeeën die we tot nu toe bezochten, hadden voornamelijk museumwaarde.
Binnen is de versiering voornamelijk verfijnd. Veel wit, bij voorbeeld in de koepel, met verfijnde goudkleurige versiering. Alleen waar de imam straks zal staan, is de versiering uitbundiger. Naast blauw hier ook veel goud en geel en groen. Weer ‘s wat anders dan het vele blauw in Khiva, dus.
moskee Bala Haus
Ik stelde deze panoramafoto digitaal samen uit twee foto's
plafond van de voorhof van moskee Bala Haus te Bukhara
interieur van moskee Bala Haus
gebedsnis en preekstandplaats en -stoel van de imam
vrij sobere decoratie
buiten is de decoratie juist uitbundig
Rustgevend plaatje
Weer buiten in het felle zonlicht valt ons de bijzondere bouw op. De moskee dateert uit 1712, met ervoor een minaret uit 1917. De harmonie van het geheel valt eigenlijk pas op als je afstand neemt: loop daarvoor even naar het Registan en kijk dan terug. Dan zie je het bassin met donkergroen water voor de moskee, waarin die soft focus weerspiegelt, samen met de twee grote bomen voor de moskee. Een rustgevend plaatje. De bouw is bijzonder want er is een deel dat overkoepeld is en daarvoor is over de volle breedte van de gevel een voorhal, rustend op twee keer tien houten pilaren. Die zuilen lopen boven uit in prachtig gekleurde stervormige stalactietenversieringen. Ze schragen een plafond van donkerbruine balken, maar langs de randen zijn weer kleurrijke versieringen aangebracht, en er is o.a. boven de ingang een cassetteplafond met een mozaïek met geometrische en plantenmotieven, en ook weer stalactietenversiering. Ook hier weer veel geel en groen en goud. Het geeft een vrolijk effect. Het is hoog dus je moet goed kijken met je hoofd in de nek. Maar wel doen.
Schuin tegenover de moskee is een groot en drukbeklant restaurant. Daar drinken we koffie en blazen we even uit. En straks zullen we hier ook lunchen. Het is naar mijn indruk vandaag nog warmer dan gisteren. Hier zitten we lekker beschaduwd. In het parkje ernaast staan kamelen en dromedarissen, zeker voor een ritje.
Aan de rand van het Registan van Bukhara staan lommerrijke bomen en verveelde dromedarissen ...
...en zitten vriendelijke dagjesmensen...
....
....met veel goud in de mond
Het Registan-plein van Bukhara
Registan en vesting de “Ark”
Na de koffie steken we het hete plein, het Registan, over en beklimmen de trap naar de Ark. Dit was reeds vanaf de vijfde eeuw tot 1920 de woonplaats van de khans of emirs van Bukhara. In 1920 hebben de bolsjewieken een groot deel van het fort vernield. Men zegt dat wat er nu staat nog slechts 25 procent is van wat er eens stond. En nu is het nog een indrukwekkend complex. In de tijd van de Samaniden (Perzische dynastie die van 819-999 heerste in Centraal-Azië) was dit een oase in de oase, met weelderige tuinen en verfrissende bassins, luxe gebouwen en paleizen. Ik stel me voor dat voor het restaurant waar we zaten, nog enkele van de schaduw brengende olmen staan, overblijfselen van die lusthoven, maar verder is het plein nu een kale vlakte waar de zon vrij spel heeft. Iets verderop is nog wat groen en staan er een paar bomen. Daar is wat volk verzameld, dagjesmensen, er staat een kameel, een echte met twee bulten dus en een keukentrapje ernaast. Kinderen mogen op het beest zitten. Ik heb ze niet zien rijden.
de vesting
de toegang werd voor ons betaald uit de 'pot' maar een foto-toestemming moesten we zelf kopen
Zijden loper
Het fort zelf bevat nog een deel van de koninklijke vertrekken. En verder zijn er diverse pleintjes en gebouwen. In sommige is een museum, in andere zijn wat winkeltjes gevestigd. Wij kijken eerst rond met de gids en later op eigen gelegenheid. Riet heeft een mooie, antieke zijden, geborduurde tafelloper gezien. We gaan op zoek naar het winkeltje waar dat was, en even later vinden we het terug. De man herinnert zich mijn vrouw nog en komt alras te voorschijn met het stuk. Hij heeft er nog meer, maar deze is wel erg mooi. Je kunt zien dat hij gebruikt is maar dat is niet erg. De kleuren van de zijde zijn nog fantastisch. Na wat afdingen vanaf 20 dollar worden we het eens over 12 dollar. Er zijn immers gebruikssporen. Bij het betalen wil de man de twee een-dollarbiljetten niet accepteren omdat er een kreukel in zit. Hij moet nu ineens vijftien dollar en wil er dan een prul bij doen. Nee dus, geld is geld en graag of niet. Dat helpt. Mokkend accepteert hij de 12 dollar.
We dwalen nog wat door de stegen en straatjes van de Ark. Op een hoek staat een mevrouw bij in mijn ogen wat sneue souvenirs; ze spreekt ons –als ze ons Nederlands hoort- aan in het Hoch Deutsch. Ze is jaren docent geweest aan het Ghoethe-instituut, vertelt ze. Vandaar.
Vrijdaggebed in Bala Haus moskee
Maar het is tijd om naar het restaurant te gaan voor de gezamenlijke lunch. Maar eerst nog even naar de Bala Haus Moskee, want daar is intussen de dienst van het vrijdagmiddaggebed begonnen. Niet alleen de moskee zit vol, maar ook de ruimte onder de voorhal is gevuld met gelovigen. Wij kijken en luisteren even mee op een afstandje.
Maar dan toch maar naar de lunch. Iedereen is er al. Bij de ingang vangt een gerant ons op: wat we willen drinken, want van de anderen heeft hij de bestelling al opgenomen. Ik heb dorst en bestel een pilsje. Dat had ik beter niet kunnen doen. Het biertje zakt me ’s middags in de benen en na de lunch ben ik heel moe. De fut is er even helemaal uit… Ik heb ook nog last van buikloop. Ik neem nog maar wat loperamide. De lunch is goed, overigens. Ik eet maar normaal mee. Aan de achterzijde zijn toiletten. Er loopt een mannetje en als je die 500 sum geeft, mag je in een aparte wc, waarvan men zegt dat die wat schoner is dan de rest. Goed, dat doen we dus maar. Het zag er idd redelijk uit.
de voorhof van de moskee wordt klaargemaakt voor het vrijdaggebed
een uurtje later is de dienst gaande
Bij 38 graden gaan we na de lunch weer op pad, naar het piece de resistance van Bukhara: het Poï-Kalyan-complex met de Kalyan Minaret en Kalyan Moskee en de Madrassa Mir-e Arab:
Oezbeekse dames voor de madrassain Bukhara
Poï-Kalyan-complex met de Kalyan Minaret en Kalyan Moskee en de Madrassa Mir-e Arab
Kalyan minaret (Grote Minaret)
De Kalyan minaret (Grote Minaret) beheerst met haar 47 m het Poï-Kalyan-complex (Voet van de Grote) en is via een kleine brug verbonden met de Kalyan Moskee (Grote Moskee). Deze minaret dateert uit begin 12e eeuw en diende niet enkel om de gelovigen tot het gebed op te roepen, maar was tevens een baken voor de karavanen die door de woestijn trokken. En daarnaast had de toren zoals gezegd de functie van gerechtsplaats, waar veroordeelden werden terechtgesteld. Ook nu nog is de minaret het icoon, de ‘landmark’ van de stad. De diameter bedraagt op het grondvlak zo’n tien meter en naar boven toe wordt dat steeds minder. De bouwwijze doet aan het Samaniden Mausoleum denken. Ook hier de gebrande terracotta stenen of tegels, die door hun patronen de toren verlevendigen. Bovenaan is een klein randje gekleurde steen te zien. Men denkt daarom dat dit een van de eerste bouwwerken is waarin men kleur ging toepassen en verwerken.
Kalyan Moskee
Met een brug is de minaret verboden met de Kalyan Moskee. Ook die dateert uit de 11e / 12e eeuw. Er is echter veel aan verbouwd en opnieuw opgebouwd. De huidige versie dateert uit 1514. Het is ook een van de grootste moskeeën van Centraal Azië. Hij heeft vier iwans. (Een iwan is een begrip uit de islamitische bouwkunst. Het is een overdekte ruimte, met drie zijden afgesloten en één zijde open. Het dient als toegangspoort van een gebouw.) De ene is nog mooier dan de andere. De moskee heeft een grondvlak van maar liefst 127 bij 78 meter. De koepelgalerijen die de binnenplaats omgeven, worden door 208 witgeschilderde, een beetje bladderende pijlers gedragen. Daarop rusten 288 kleine koepels.
Door de zuilengangen lopend moest ik denken aan een kloostergang van een groot (bijv. cisterciënzer-) klooster in bv. Frankrijk.
Tegenover de ingangs-iwan ligt het hoofdgebouw. Bovenop staat een koepel die uit twee schalen bestaat en van buiten bekleed is met prachtig blauw-turquoise tegels. Deze buitenkoepel is in praktisch de hele binnenstad te zien.
Deze moskee in Bukhara vertoont zoveel overeenkomsten met de Bibi Hanim moskee in Samarkand dat men veronderstelt dat de Kalyan inderdaad al onder de Timuriden ontworpen werd. (Deze dynastie werd in de 14e eeuw gesticht door de militante veroveraar Timoer Lenk (Tamerlan, tegenwoordig in Oezbekistan: Amir Timur). De afmetingen voldoen aan de regel van de Gulden Snede. (Een veel gevolgde regel m.b.t. de compositie van een kunstwerk; ook in de fotografie -als het goed is- veelvuldig toegepast).
Omdat de moskee sinds 1991 daadwerkelijk (weer) gebruikt wordt als gebedsoord is niet alles op het complex toegankelijk. De Russen gebruikten de moskee overigens als warenhuis…
Mir-e-Arab madrassa
Aan de andere kant van het plein bevindt zich de Mir-e-Arab madrassa, een mooi voorbeeld van de bouwstijl onder de Cheibaniden (16de eeuw). Ook dit gebouw pronkt met vier iwans. Hij werd voltooid in 1536. De school is genoemd naar zijn architect. De school meet 55 bij 73 m. Rond de binnenplaats zijn de cellen voor de studenten in twee etages.
Beide monumenten hebben in hun versiering de kenmerken van de laat Timuridische tijd. Mozaïeken in blauw en wit, polychrome gestileerde plantenmotieven, kunstig vervlochten Koranteksten in Thuluth-kalligrafie en ornamenten bestaande uit kunstig gelegde, kleurige tegelverbanden. Wij zijn allebei verrukt van wat we zien, mijn vrouw en ik. Het is van een schoonheid, wat ons hier omringt, dat je het niet kunt uitleggen aan iemand die dit nooit gezien heeft. Hopelijk laten de vele foto’s bij dit artikel iets daarvan zien en kunnen die iets overbrengen van onze esthetische verrukking.
Ontstaansgeschiedenis
De ontstaansgeschiedenis van de koranschool Mir-e-Arab madrassa is minder fraai. De Sjeikh Mir-e-Arab (prins van de Arabieren) was de bijnaam van Sjeikh Abdoella Jamani, de spirituele raadsman van de Sjaibanidenvorsten (16e eeuw). Ook toen speelde kennelijk al de tegenstelling tussen soennieten en sjiieten. De bevolking van de stad Bukhara bestond toen voornamelijk uit sjiitische Perzen, maar de machthebbers waren Soennieten. De Sjeikh verkocht toen vele burgers (dat kon toen kennelijk) als slaven aan de Safaviden van Isfahan, Perzië, nu Iran. Met het daarmee verdiende geld werd de koranschool gefinancierd.
Onder het Sovjet-regime werden oorspronkelijk alle madrassa's gesloten. Stalin heropende deze in Bukhara echter in 1944 als enige madrassa in Centraal Azië, om zo steun van de islamitische Oezbeken te verwerven tijdens de Tweede Wereldoorlog. Al 400 jaar en ook nu nog is het een islamitische hogeschool. Circa 250 jonge mannen bestuderen hier vijf jaar achtereen de Koran, het islamitische recht en de Arabische taal.
de madrassa
binnenplaats
grote koepelgalerij met 208 zuilen die 288 koepels ondersteunen
We zien achterlangs nu de buitenkant van de vele bruine stenen koepels op de Kalyan Moskee. Ik vind het moeilijk te geloven dat het er 288 zouden zijn… (onder)
Madrassa Abdulasis Khan en de Madrassa Ulughbek
Ongeveer aan het eind van onze queeste door Bukhara komen we bij de tegenover elkaar liggende Madrassa Abdulasis Khan en de Madrassa Ulughbek. De laatste dateert uit begin 15e eeuw en is de oudste bewaard gebleven theologische hogeschool van Centraal-Azië. De eerstgenoemde is van 1652 en valt vooral op door de veelheid van nieuwe versieringsmotieven. Vooral de binnenkant van de koepel is bijzonder kleurrijk en toch smaakvol versierd met prachtige majolica-techniek. Geel, blauw, oranje, rood, goud, groen; de kleuren spatten ons tegemoet. Van de ornamenten op de gevel is helaas verder naar boven veel verloren gegaan en (nog?) niet gerestaureerd. Hiermee vergeleken oogt de Ulughbek er tegenover maar sober. Die is voornamelijk in blauwtinten gehouden en qua motieven houdt die het voornamelijk bij geometrische.
straatdanseres Madrassa Abdulasis Khan en de Madrassa Ulughbek
dol op goud
Moskee Maghak-e Attari
Ik maak nog een foto van de moskee Maghak-e Attari. Die is erg oud, al uit de 9e/10e eeuw, gebouwd op de plaats van een Zoroastrische maantempel. De moskee werd pas in de jaren dertig van de vorige eeuw onder een dikke laag zand vandaan getoverd en gerestaureerd. Wat we nu zien dateert uit de 12e eeuw. Ook hier de techniek van terracotta stenen die in hun patronen niet alleen bouwstenen maar ook versiering zijn. Voor mijn kunstreisgids is dit een zeer belangrijk gebouw uit zijn tijd.
zeer oude moskee Maghak-e Attari
Lab-e Haus, ook wel Liab-i-Khaouz
We geraken bij de mooie waterpartij van Lab-e Haus/ ook wel Liab-i-Khaouz (“oever van het bassin”). Hier is de ziel van het pre-Sovjet Centraal-Azië nog tastbaar aanwezig, en het is dan ook aangenaam hier een ogenblik te vertoeven onder de machtige bomen. Oudere inwoners van de stad zitten hier groene thee te drinken, te kletsen en domino te spelen. In 1620 werd hier een u-vormig complex gebouwd, dat de inspiratie vormde voor het Registan in Samarkand. Hier staan de De Chanaka Nadir Diwan Begi, Madrassa Kukaldash en de Madrassa Nadir Diwan Begi. De laatste heb ik gisteren al gefotografeerd: die met de vliegende vogels.
Het is intussen tegen vier uur geworden. We, dat de reisbegeleider en de gids en de groep, houden even beraad. De voornaamste monumenten hebben we gezien. We zouden nog in het centrum kunnen blijven, maar de meesten, eigenlijk allemaal stemmen ervoor om terug te gaan naar het hotel. De intense hitte en de vermoeidheid hebben, althans bij ons tweeën, hun tol geëist. We willen nu eigenlijk wel graag eens even liggen, na een verkwikkende douche.
Labi Hausz complex
Madrassa Nadir Diwan Begi (met de vogels)
Synagoge
Nog één dingetje dan. Er is in deze stad nog een synagoge. Onze reisbegeleider vindt dat we die een bezoek moeten brengen, en dat vinden wij ook. We worden gastvrij ontvangen en krijgen een korte verklaring van wat we zien in het kleine zaaltje. Ik schat dat er misschien veertig mensen in kunnen. Na afloop doneert de groep wat aan de gemeenschap. Die kan best wat steun gebruiken lijkt me.
Langs het wat achteraf straatje lopen we terug naar ons hotel. We zijn wel toe aan even wat rust en ben blij dat we er zijn. Ik voel me slap en moe. Maar vanavond ‘moeten’ we nog weer aantreden. Er staat voor het diner nog een show gepland van enerzijds traditionele dansen in dito gewaden, afgewisseld met een modeshow van dames gekleed in moderne Oezbeekse mode, met stoffen uit deze regio. Met een flink orkest met veel traditionele instrumenten op de achtergrond. We lopen dus hetzelfde stuk naar het centrum weer (en straks nog weer terug naar het hotel, zucht!). De bus kan ons niet brengen want het hele centrum is voor verkeer afgesloten wegens een festival van zijde en de Zijderoute.
de joodse synagoge van Bukhara
Modeshow en aquarellen met nescafé
We zitten rond het binnenplein van een madrassa met op tafel een kan groene en een kan zwarte thee. We zijn op tijd, maar de show laat nog even op zich wachten. Riet en ik kijken even bij een van de winkeltjes in de galerijen. Een jonge kunstenaar is bezig met schilderijtjes te maken met… nescafé. Het zijn sierlijke aquarelletjes, in verschillende formaten en uitvoeringen. Hij laat ons alles zien en het wordt moeilijk kiezen, maar uiteindelijk nemen we er een paar. Een voor de buren die altijd op ons huis en goed passen en een voor onszelf, voor het ‘reisbord’ op onze slaapkamer. Daar hangen en staan uiteenlopende maar toch aardig bij elkaar passende dingen die we uit de diverse landen meenamen. Een paar tekeningen en aquarellen uit China, een kleurig stuk geweven stof uit een Roemeens klooster, wat traditionele mola’s uit Bolivia en Peru, en nog zo wat. Daar hangt nu het nescafé-aquarelletje met het thema zijderoute-karavaan dus bij. Alleen de koepels van de moskeeën zijn lichtjes blauw getoetst. Fraai hoor.
MODESHOW
(de meeste van deze foto's zijn gemaakt door mijn vrouw)
prachtige decoraties in oud koopmanshuis waar we dineren
Geen fijne nacht
De show is leuk en zeker het aanzien waard. Zowel de gewaden als de dames erin zijn zeer fraai. We kunnen de show niet tot het eind uit zien want we hebben voor het diner afgesproken in een oud koopmanshuis in een ‘achteraf’ straatje van de stad. Als we over het ongelijke en stoffige plaveisel strompelen, vragen we ons af wat dat moet worden. Eenmaal binnen vallen sommige monden open. Wat een prachtig pand en wat een mooie inrichting! Heel verrassend. Ik voel me niet lekker en eet alleen wat kippensoep, wat fruit en drink veel thee en mineraalwater. Riet eet wel maar later op de kamer bekomt het haar niet goed en alles moet eruit. We zijn beiden de hele nacht ‘in touw’, om de beurt op het toilet. Bij mijn vrouw moet zelfs elk slokje water er meteen weer uit. Dat vind ik zorgelijk.
Met ORS hoef ik al helemaal niet aan te komen. Gelukkig heb ik onderweg in de stad vanmiddag een paar bananen gekocht. Voor het ontbijt eet ik er daar een van. Riet eet niets. Ik neem genoeg loperamide om de lange dag in de bus morgen door te komen.