maandag 25 mei
Dag 4: Ashgabat, stadstour, Tapijtmuseum, lunch in een bedrijfskantine, een bazaar, een ingestorte moskee en de hemelse paarden van het Akhal-Teke-ras
Straatbeelden van Ashgabat
Tapijtmuseum
Na een korte rit zijn we al bij het Tapijtmuseum. Een enorm gebouw, helemaal gewijd aan het Turkmeense Tapijt. In dit museum voor Turkmeense tapijten kun je antieke tapijten bewonderen uit de 18e en 19e eeuw. Daarnaast zijn er ook moderne tapijten uit allerlei plekken in het land. Hier kun je een bijna 200 meter lang tapijt aanschouwen dat bedoeld was als gordijn voor het Bolshoi Theater in Moskou, maar dit bleek te zwaar te zijn. De trots van het museum is het grootste met de hand geweven tapijt van de wereld, volgens het Guiness Book of Records, daar heb je hem weer. Dit tapijt heeft een oppervlakte van 300 m² en is geknoopt door 40 tapijtenmakers ter gelegenheid van het 10-jarig jubileum van Turkmenistans onafhankelijkheid. Het weegt tonnen.
stad gezien vanaf het bordes v.h. Tapijtmuseum
vanuit de bus
het Tapijtmuseum van Ashgabat
deze motieven zitten ook in de tapijten
Tapijtenmuseum van Ashgabat
We worden ontvangen door een jongedame die ons o.a. vertelt dat we een fototoestemming kunnen kopen. Deze keer voor de spotprijs van US $4. Per foto wel te verstaan. Dit is geen spotprijs, dit is een bespottelijke prijs. Niemand trapt hier dan ook in. Het is een merkwaardig museum. De kleden zijn wel aardig gepresenteerd, maar voor de leek is het wel veel van hetzelfde natuurlijk. Dat komt deels ook, doordat er geen informatie wordt gegeven over de tapijten, alleen de afmeting (kun je zelf wel zien al is ’t niet tot op de centimeter) en het aantal knopen per m2 . Er zijn wel heel mooie exemplaren bij. Veel rood- en aardetinten. Telkens terugkerende motieven van planten en bloemen en islamsymbolen. De meest voorkomende motieven staan ook in de vlag van Turkmenistan.
In de kelder van het gebouw hangen de grootste exemplaren. Enorme oppervlaktes en daarmee gepaard gaande exorbitante gewichten -en dan spreken we over vele tonnen.
stadsgezicht; grote poster met Akhal-Teke-paarden
vanuit de bus
meer vierbaanswegen moeten er komen
gebouw in de steigers
want er moeten meer mega-gebouwen komen
Onafhankelijkheidsmonument en meer mega
Na dit bezoek krijgen we nog weer een en ander van de witte stad te zien. We bezoeken het grote park met het Onafhankelijkheidsmonument. Turkmenistan werd onafhankelijk in 1991. Het monument is om die reden exact 91 meter hoog. Voor de vorm van dit indrukwekkende monument haalde de architect inspiratie uit Turkmeense tenten en de traditionele hoofddeksels van vrouwen. Het monument wordt omringd door 27 bronzen beelden, stuk voor stuk helden uit de Turkmeense geschiedenis. Een 28ste beeld is van goud en verbeeldt Saparmurat Niyazov –wie anders- , de laatste leider onder de Sovjet-Unie en de eerste president van het land.
Deze mevrouw, helemaal ingepakt, verzorgt de bewatering van de uitgestrekte gazons en borders. Re: het is vandaag erg heiig.
overvloedige waterpartijen overal en protserige lantaarns
27 beelden van helden uit de Turkmeense geschiedenis
en de 28e held: Niazov zelf -in goud uiteraard
de grote man en...............................................................nog een grote man
Wij zijn wel net zo groot, toch?
Je kunt om het enorme monument heen lopen. Ook op de vloer marmer uiteraard. En verder zie ik veel water, veel fonteinen. Het stuift soms even verfrissend in je gezicht. Laat het maar stromen en verdampen, er is toch genoeg van. Niet dus, Ashgabat ligt in de droge Karakum-woestijn! Om het park zie ik overal de witte marmeren gebouwen blinken. De architectuur ervan is vaak nog niet eens zo slecht, maar het is allemaal zo over the top! In 2013 kwam Ashgabat in het Guiness Book of records wegens de grootste concentratie marmeren gebouwen in de wereld. Ik vind het een mengsel van Las Vegas (een deel van de stad noemt de bevolking ook echt zo! -maar dan zonder casino’s natuurlijk), Pyong Yang, en Disneyland. En misschien nog een flinke scheut Dubai. Er zit geen leven in deze stad. Alles is steriel, ook dit park. Behalve onze groep zie ik geen mens. Het valt me op dat de lucht vandaag heiig is. De witte gebouwen om het park staan er wat vaag bij. Van het verdampte water? Of zou het woestijnstof zijn?
Groter dan levensgroot boek: Ruhnama
Vlak bij dit park en monument staat het monument voor het boek dat de eerste president schreef ter toelichting en deels vervanging van de Bijbel en de Koran, met de titel Ruhnama. Je kunt het niet missen, het beeld is vele malen groter dan levensgroot.… Ik schat dat het beeld van het boek wel vier tot vijf meter hoog is. Tot enkele jaren geleden opende dit mechanische boek zich elke avond om 20:00 uur en werden er via beeldschermen en speakers verzen uit de Ruhnama voorgedragen. Ik kan het gemist hebben, maar ik heb onze gids eigenlijk maar weinig over de presidenten en hun gedrag horen vertellen. Over dit merkwaardige boek heb ik ook weinig gehoord. Kijk, dat je er een beetje trots op bent dat je zelf een boek geschreven hebt, a la, maar dat je zo’n beeld van dat boek gaat maken en het zo’n status toekent, ja dan is er toch wel wat mis met je gevoel voor verhoudingen, lijkt me. Ik heb zo het gevoel dat het goed is dat ik dit allemaal schrijf ná ons bezoek aan dit land. Zou ik anders nog een visum hebben gekregen?!
beeld van een boek
Ruhnama
In Turkmenistan behoort iedereen te zeggen: 'dank je, ik heb al een boek', want het boek Ruhnama zou alle boeken overbodig moeten maken. Volgens de auteur dan.
Nijazov is dus de schrijver van "het boek van de ziel", de Ruhnama. Het boek zou “in zijn hart zijn geboren door de wil van de Almachtige” en wordt door Nijazov zelf dus een aanvulling genoemd op de Bijbel en de Koran. Het boek dient als leidraad in het leven van de Turkmeense bevolking. Alle Turkmenen moeten delen van de Ruhnama uit hun hoofd leren. Bij toelatingsexamens voor universiteiten moeten studenten vragen over de Ruhnama beantwoorden. Scholieren tijdens de les, militairen bij hun indiensttreding, gevangenen tijdens het appèl: ieder wordt geacht om delen van de Ruhnama te kunnen reciteren. Zelfs als je een rijbewijs wilt halen, krijg je een toets over dit 406 pagina’s tellende boek. Het zal niet verbazen dat zulke persoonlijkheidscultus gepaard gaat met een verstikkende repressie. Vooral na de aanslag op het leven van Turkmenbashi op 25 november 2002 zijn vele mensen achter de tralies verdwenen. Onder wie veel leden van vorige kabinetten, zoals de minister van buitenlandse zaken. Alle religies werden verboden op de soennitische Islam en het Russisch Orthodoxisme na. Nijazov benoemde zichzelf tot president voor het leven. Maar in december 2006 overleed hij plots. In maart 2007 werd Gurbanguly Berdimuhameddov aangewezen als zijn opvolger. Hoewel er enige lucht in het land leek te komen, is er aan het schrikbewind nog geen einde gekomen. Terwijl het Westen de andere kant op blijft kijken. Turkmenistan beschikt over grote hoeveelheden gas… (bron o.a.: edwintrommelen.nl)
eenzame bezoeker van een park vroeger draaide dit beeld van Niazov mee met de zon
een bezoekster, een bewaker met vliegdekschip-pet van Niazov en de bewaker van de elektriciteitsaansluitingen ter plaatse
Neutraliteitsmonument
Het Neutraliteitsmonument, ook wel de driepoot (of ‘t statief) genoemd, werd gebouwd in 1998 door de vorige (eerste) president Niyazov. Het stond in de binnenstad en de bouw kostte 12 miljoen dollar, het was 75 m hoog en er bovenop stond een 12 m hoog verguld standbeeld van Niyazov zelf. Het beeld draaide met de zon mee. Onder de huidige president is de boog gesloopt en opnieuw opgebouwd op een andere plek, zogenaamd omwille van het stedenbouwkundig aanzien van de stad. In werkelijkheid, denkt men, was het onderdeel van een plan om de excessen in de persoonsverheerlijking van Niyazov te verzachten. Het beeld werd toch allerwegen gezien als het meest beruchte symbool van zijn nalatenschap. Sinds 2010 staat het nu op de nieuwe plek, en het beeld draait niet meer.
Alles om het monument heen is nog wel mega. Zo staat er een imposante rij vlaggenmasten, maar slechts aan één mast hangt een vlag, de Turkmeense, en die mast is verreweg de grootste van allemaal…Twee keer zo hoog om precies te zijn. Honni soit qui mal y pense. 't Is gewoon toeval.
tig vlaggenmasten en één
de lift...
...naar het platform
Op de benen van het driepootstatief staan verbeeldingen van het Turkmeense leven; ik heb twee en (onder 3) foto's aan elkaar geplakt om het erop te krijgen.
Onderaan de driepoot staan twee huisjes met in elk ervan een grote platte pet model vliegdekschip met een stram staand mannetje eronder. Vroeger mocht je niets fotograferen van Niyazov. Dus ook de platte petten niet. Omdat zijn standbeeld overal stond, mocht je dus niets fotograferen. Toch stond het internet wel vol van foto’s van het draaiende beeld. En van andere beelden in de stad. Ra ra. Maar nu wordt je niets meer in de weg gelegd als je foto’s maakt van deze uitingen van grootheidswaanzin. Wel staat er nog een gewone soldaat in groen werkpak te posten. Als je wat te dicht bij de hokjes komt of bij het plantsoen erachter, dan verzoekt de soldaat je dringend afstand te nemen.
Geslaagde scholieren
Langs een van de poten van het statief gaat een lift omhoog. De boog had vroeger een panoramisch uitkijkplatform, dat een populaire attractie voor bezoekers was. Nu zie ik ook een paar mensen in de lift omhoog gaan. Maar of het ding nog echt voor publiek toegankelijk is, weet ik niet. Er is geen publiek, behalve onze groep.
Of toch: als wij terug lopen naar de bus komt er een uitgelaten groep jongeren het terrein op. Het zijn scholieren die net geslaagd zijn. Met een uniform aan en grote sjerpen om. Op de overhemden van de jongens mag iedereen zijn handtekening zetten en een wens en natuurlijk wil iedereen met ons en door ons op de foto. Ze spreken goed Engels. Volgens onze gids Helena komen ze van een van de betere middelbare scholen in de stad. Het is een vrolijke ontmoeting.
ze showt een antiek sieraad
kijk es, hoe mooi je erop staat
Nog wat beelden vanuit de bus van de stad Ashgabat Re: de "uil" . Het ding dat we in alle kleuren verlicht zagen vanuit ons hotelraam.
Li: deze noemen ze natuurlijk de toren van Pisa; Re; beeld van 10 Akhal-Teke paarden
Free lunch
There ain’t no such thing as a free lunch (schreef Milton Friedman), maar voor ons vandaag wel. Maken we onszelf maar wijs. Nou ja, anders hadden we het moeten betalen, want de lunches zitten niet in de reissom. De lunch gebruiken we vandaag in een bedrijfskantine. Het traditionele eten wordt ons aangeboden door de reisorganisatie ter plekke, die voor SRC de reis door Turkmenistan voorbereidt en uitvoert. Er zijn diverse salades, pasteitjes van pompoen, soep, plov (pilav), zwarte en groene thee en ijs na. Plov is het nationale gerecht in Centraal Azië. Het is een naar mijn smaak nogal vette rijstschotel want de rijst is gebakken in olie, met o.a. stukjes wortel erin en meestal ook schapenvlees. Dat vlees is smakelijk, maar het verschilt nogal in kwaliteit. We hebben het wel heel vet gehad, maar ook wel heerlijk mals en redelijk mager. We zitten hier wel gezellig; er hangen wat traditionele kleren, die een man en een vrouw van ons gezelschap aantrekken en daarmee op de foto gaan. Leuk natuurlijk.
Na het eten ga ik even naar het toilet. Kennelijk pak ik de verkeerde deur want mijn ervaringen kwamen niet overeen met die van een ander, die het beter trof. Maar wat ik aantrof overtreft veel verwachtingen. Een toiletpot die in geen maanden was schoongemaakt, losse leidingen, een ‘wastafel’ van blik die nog met één boutje ‘vast’ zat aan de muur, rotzooi en water (?!) op de vloer, kortom: misselijkmakend. Ik heb even mijn boodschap numero uno achtergelaten maar was blij dat ik niets aan hoefde te raken. En dat in een toch redelijk ‘modern’ ogend bedrijf. Ik loop namelijk terug langs kantoren die schoon lijken, wel met meubilair dat ik zag in het Stasi-museum in Leipzig: uit de jaren vijftig, zwart kunstleer en zo.
straatbeeld (uit de bus)
Bazaar
Na de lunch mogen we een half uurtje dwalen op een bazaar. Er wordt van tevoren gezegd dat men er absoluut niet op gesteld is dat er foto’s gemaakt worden. Dat blijkt al snel. Ze hoeven je camera alleen maar te zien of ze zwaaien al met het vingertje. Terwijl er toch niets anders te zien is dan een markt. Met klanten en kooplui, big deal. Nou ja. Prima. Vanuit de heup maak ik natuurlijk toch een ‘shot’. Wij kijken wat rond en kopen bij een vrouwtje een onduidelijk goedje. Het lijkt een pakje gedroogde vijgen of zo, maar dat is het niet. We mogen een stukje proeven. Het smaakt zoet en is heel taai. Alleen met een mesje krijg je er een stukje af. Later zal Helena verraden dat het gedroogde en gekonfijte …meloen is. Hoe verzin je het: meloenen drogen. We eten er zo nu en dan een stukje van de komende dagen, maar echt heel lekker vind ik het niet.
Kort bezoekje aan een grote overdekte markt waar ik natuurlijk uit de heup toch een illegale foto maak
Moskee-ruïne van Anau
Dan in de bus en een eindje rijden. Naar een ingestorte moskee. Dat is de moskee van Anau, 15 km zuidoost van Ashgabat, in het Kopet-Dagh gebergte. Anau telt nu 30000 inwoners, en is al eeuwenoud. In de 15e eeuw werd hier al een groot waterreservoir aangelegd, dat 200 m3 water kon bevatten. Wij komen er om de ruïne van de koepelmoskee uit de 15e eeuw te zien die gewijd was en is aan Sjeik Jemaleddin. Het was een vestingmoskee. De moskee is bij de grote aardbeving van 1948 die grote delen van dit gebied met de grond gelijk maakte, tot ruïne vervallen. Maar nog steeds en al sinds eeuwen komen gelovige pelgrims er naartoe om te bidden bij het eveneens verwoeste mausoleum van de sjeik. Ze binden dan net als hun voorouders een stukje stof vast aan de ingang van het mausoleum. Dat zie ik bij wel meer grafmonumenten in de bezochte landen. Mensen binden een sjaaltje of zoiets aan een hek of zo, misschien om iets achter te laten van hunzelf. Nu zijn er ook gewoontes bij gekomen, zo constateer ik. Men stapelt stenen (misschien om te bidden voor een eigen huis), men zet er een wiegje neer of legt een speen of wat kinderspeelgoed neer om te bidden voor nakomelingschap. Ik zie een paartje dat in diepe concentratie doen; even later stapelen ze wat stenen. Ook legt men sleutels neer op stenen. Om te bidden voor een auto? Riet ziet een hele familie huilend driemaal om de sarcofaag heen lopen, tegen de klok in.
Van de moskee is niet zo veel meer over. Het eerste stuk is er een fraaie betonnen trap, nieuw zo te zien, maar verderop moet je klauteren over de resten. Er staat een bord dat laat zien hoe het was. Ook op die foto is er al een en ander vervallen, maar nu is het veel erger. Van de iwan (het grote gewelfde portaal van een moskee of koranschool, open aan de voorkant) en de pisjtak (ook: pishtak) ( de poort in de iwan-nis) is weinig meer over. Er is nog slechts iets te zien van de eens vast fraaie versieringen.
Anau moskee ruïne
zo is het geweest
wat er over is van de pishtak
plaats om te bidden voor nakomelingen
bedevaartgangers
stenen stapelen
Akhal-Teke paarden of Hemelse Paarden
Tijd voor het laatste programmapunt in Ashgabat. De peerden. Niet zomaar paarden maar de Akhal-Teke paarden of Hemelse Paarden. Deze paarden behoren tot de edelste ter wereld en staan bekend om hun snelheid en uithoudingsvermogen. De 'gouden paarden' zijn aangepast aan sterk wisselende klimaatomstandigheden. Er wordt vermoed dat ze tot de oudste nog bestaande paardenrassen behoren. Het totale bestand aan Akhal-Tekes wordt geschat op 3500 exemplaren, waarvan de meeste in Turkmenistan en Rusland.
De paarden hebben meestal een bleekgouden kleur, vergelijkbaar met buckskin. Ze kunnen ook bruin, zwart of grijs zijn. De Akhal-Teke’s meest noemenswaardige kenmerk is de natuurlijke metaalachtige glans van zijn vacht. Dit is vooral goed te zien bij de palomino- en buckskin-kleuren. Er wordt vermoed dat dit kleurpatroon functioneel was als schutkleur in de woestijn. De Akhal-Teke heeft een smal hoofd met lange oren. Het paard heeft enigszins amandelvormige ogen. De manen en staart zijn dun. De lange rug is licht gespierd. De Akhal-Teke beschikt over een dunne huid, en sterke benen. De paarden hebben een slank lichaam met een diepe borst. De Akhal-Teke heeft een bijzonder goed uithoudingsvermogen. Dit werd in 1935 bevestigd toen een groep Turkmeense ruiters een afstand van 2500 mijl van Asjchabad naar Moskou aflegde in 84 dagen; ze volgden daarbij een traject van drie dagen door de woestijn zonder water. Verder staat de Akhal-Teke bekend als een goed springpaard. De Akhal-Teke is een origineel Turkmeens paardenras, dat oorspronkelijk gefokt werd door de Teke nomadenstam die van oudsher door de Karakum-woestijn trok. De belangrijkste fokkerij is in Asjchabad. De Akhal-Teke is het nationale symbool van Turkmenistan. De spelling Achal-Teké komt ook voor, overeenkomend met de uitspraak van de naam. De benaming Akhal-Teke is gebaseerd op de Russische spellingswijze van de Akhal-oase aan het Kopet-Dag gebergte waar de Teke nomaden grote delen van het jaar doorbrachten.
Bovenstaande wijsheden komen van Wikipedia en van BOKT.nl, een van de grootste paardenfora ter wereld.
Metallic kleuren
Mijn dochter, fervent paardenliefhebber, eigenaar van een Arabier en westernrijder (en medewerker van Bokt.nl), vindt ze wel bijzonder maar ‘het is mijn smaak niet’, zegt ze. Ik zelf heb weinig verstand van paarden, maar ik sta vooral versteld van de kleur. Een paard met zo’n metallic kleur zie je nooit! Vooral de gouden kleur vind ik heel mooi. We komen bij de stallen waar deze paarden hier gefokt worden en ook gedresseerd en bereden. Het ras is als gezegd een van de symbolen van Turkmenistan en de president laat zich graag op en met deze dieren zien en fotograferen. In de stad hangen daar wel voorbeelden van. Ook staat er in de stad een groot standbeeld van tien van deze paarden, uiteraard uitgevoerd in goud(-kleur).
In de stallen zijn wij niet onder de indruk van de accommodatie. Het is niet erg schoon en er zijn heel veel vliegen. Als een paar mensen enkele paarden voor ons buiten showen, wordt het beter. De mannen laten de dieren wat kunstjes doen als draven, steigeren en op de grond wentelen in het stoffige zand. Ze zijn zo rank gebouwd dat ze een beetje hongerlijders lijken, je kunt de ribben tellen bij wijze van spreken, maar dat hoort zo. Ik maak een hele serie foto’s (66!), ook om mijn dochter te plezieren natuurlijk. Ze vindt ze dan wel niet mooi, maar alles wat met paarden te maken heeft, interesseert haar.
’s Avonds gaat mijn vrouw niet mee naar het diner. Ze is erg moe. Ze eet wel wat waldkornkoeken (die we voor dit soort omstandigheden altijd bij ons hebben) en gedroogde meloen, kan thee zetten op de kamer, en vermaakt zich met het herinrichten van de koffer, de aantekeningen bijwerken, en wat lezen. Over wat ons morgen te wachten staat, bij voorbeeld. Konya-Urgench.