aardige schilder/ kalligraaf in Tong Li
Dinsdag 8 september: Tongli en Suzhou KAART
Na een uitstekend ontbijt –met koffie- zitten we om half negen in de bus op weg naar Tongli. Het is anderhalf uur rijden naar dit oude stadje met 45.000 inwoners. Mensen hier zeggen dat het ‘vlakbij’ Shanghai ligt. Tongli is een soort Chinees Giethoorn, met talrijke grachten en nog meer bruggetjes. Er is een centrale parkeerplaats waar de bus blijft staan. Met elektrische karretjes worden we naar het centrum gebracht. Na een kopje thee in een traditioneel restaurantje waar we straks ook de lunch zullen gebruiken, maken we een tocht door de grachten op een toeristenbootje, dat wordt voort geboomd door een Chinese dame. Het is er heerlijk rustig en er zijn schilderachtige hoekjes. Wat een contrast met Shanghai!
Daarna lopen R en ik op ons eigen houtje het dorp nog eens door. Het valt me op dat er opvallend weinig geluid is. Dat komt doordat de meeste straatjes autoloos zijn en de fietsen en brommers zijn bijna zonder uitzondering elektrisch. Mooi gestroomlijnde elektrische scooters. Ik zie daar wel een markt voor in Nederland. Ik lees dat Nederlandse scholieren nu een elektrische fiets kopen; zo’n elektrische scooter is toch veel cooler. De elektrische fietsen en bakfietsen zijn vaak home made, zo te zien. Niet voor export, zeg maar. Het is hier nog niet zo toeristisch, al zijn er wel wat winkeltjes met toeristendingen en wat terrasjes. We komen bij een winkeltje van een oud mannetje met een heel grote bril op. Hij maakt prenten en schilderingen, zijn winkel hangt en ligt er vol mee. En hij heeft een plakboek vol met visitekaartjes van westerlingen, ook van veel SRC-gidsen. Het is een grappig mannetje.
Als hij merkt dat we even blijven staan, gaat hij meteen aan de slag. Hij kalligrafeert mijn naam, die ik op een blocnote schreef, in karakters. Er komt een stempel van mijn geboortejaar op, het jaar van de rat, tja het is niet anders, ik had het graag anders gezien. En een stempel van het teken voor geluk. Dat woord spreekt hij met een grote smile enigszins op z’n Nederlands uit. ‘Keloek! Keloek!’ En dan nog een stempel voor het stadje Tongli. ‘Tongli!’ roept hij er vele malen bij. Wij vinden het prachtig. En hij ook. Er liggen ook wel leuke dingetjes bij de chaos van prenten. We kopen een paar prenten op zijde van hem. Onder andere een mooie prent van kraanvogels, de vogels die je ook vaak op tempels ziet, als symbool van een lang leven. Hij is de koning te rijk en glimt helemaal. Voor een foto gaat hij helaas ernstig poseren. Ik weet niet wat ik van die karakters voor mijn naam moet denken. Doet hij maar wat of staat er echt mijn naam? Om de proef op de som te nemen, laat ik het vel papier aan onze Chinese gids zien en die leest feilloos in één oogopslag: ‘Lammèrteh’ met een soort stomme, aangeblazen e achteraan. Het klopt dus; beter mag je niet verwachten.
Tuinen van Suzhou
Na de lunch gaan we terug naar de bus met de elektrische karretjes en dan op weg naar Suzhou. We stoppen even bij de Marco Polo brug. De naam van de heer Polo wordt overal ter wereld nog uitgebaat, lijkt het. Dit voorjaar waren we in Kroatië op het eiland Korčula en daar was het Marco Polo huis. We geven wat aan een paar mismaakte bedelaars. Geven is misschien niet goed, maar niet geven dan? De brug zelf is bereikbaar langs een aantal stalletjes met de bekende toeristenspulletjes. Er liggen ook petjes, ook een groene met een rode ster zoals ze in de culturele revolutie droegen op plaatjes die ik daarvan wel eens zag. De buurman die op ons huis past, wil graag zo’n pet. Nou, dat lukt dus hier. De brug is niet bijzonder. Een stenen boogbrug, die best oud kan zijn. Mijn gids vermeldt alleen een MP-brug in Beijing.
Suzhou is ook bekend om grachten en bruggen, maar ook om een aantal bijzondere Chinese tuinen die daar zijn en wordt daarom -zonder al te veel gevoel voor verhoudingen- ook wel ‘het paradijs op aarde’ genoemd. Wij bezoeken de tuin van de Meester van de Netten. Deze tuin werd al in 1140 aangelegd en in 1770 helemaal opnieuw ingericht. Men zegt dat alle elementen van een klassieke Chinese tuin hier te vinden zijn, ondanks het feit dat het niet de grootste tuin is. Het is wel een van de mooiste zeggen kenners, volgens mijn Capitoolgids. Je kunt er heerlijk in ronddwalen en steeds sta je voor een verrassend nieuw gezichtspunt of wordt je oog getroffen door een plaatje dat je zo zou omkaderen en aan de wand hangen. Er is water, er zijn rotspartijen (kunstmatige natuurlijk), bruggetjes, sierlijke planten, paviljoens en verbindingsgangen. En alles is in subtiel evenwicht. Heel mooi en rustgevend. ‘Paradijs op aarde’ is wat te veel eer, maar een paradijsje is het wel.
Aan het eind van de middag komen we aan bij het Bamboo Grove Hotel. Na het diner elders in de stad gaan R en ik nog even de stad in voor een kop koffie. Niet zo ver van het hotel treffen we New Island Coffee, een tamelijk trendy gelegenheid waar voornamelijk jongeren en jong-volwassenen zitten. De ijskoffie en cappuccino zijn er heerlijk. Mag ook wel voor de westerse prijs van 112 Yuan… In het hotel mail ik met dochter M en met een paar vrienden. En dan is het weer nodig bedtijd.
Tongli
slaperige stadjes niet ver van Sjanghai
boottocht door de grachten
vrouw met 'tamme' aalscholvers
als je betaalt, laat ze ze duiken
grappig mannetje verkoopt schilderingen en kalligrafeert je naam in het Chinees op een vel papier. Ik liet het lezen door onze Chinese gids om te controleren wat er nu echt staat, en het klopte wel. Lam-mèrt las hij.
dit wordt mijn naam
"Tuin van de meester van de netten" in Suzhou
alles in een Chinese tuin heeft symbolische betekenis